Langs een overwoekerd pad vertelt in tien korte deeltjes over Janáceks (1854-1928) gelukkige jeugd in de bergen en wouden van Moravië, maar ook van de lange lijdensweg en het sterfbed van zijn jonge dochter Olga. Zeer indringend is het laatste deel: De kerkuil is niet weggevlogen. Volgens Tsjechisch bijgeloof is de uil de voorbode van de dood. Snerpende arpeggio’s op de piano geven hierbij de hoge schrille roep van de uil weer. Een muzikaal dagboek van intieme herinneringen.
Benieuwd hoe het klinkt? Luister hier!
Bron: Klassiek In Zicht, Aldo Druyf